Externe Competitie
Onderstaande links brengen u naar de website van de KNSB/NHSB welke een uitgebreid overzicht geeft van de klasse waar de geselecteerde Uilen in spelen.
- De Uil N1 (NHSB Topklasse)
- De Uil N2 (NHSB 2e klasse D)
- De Uil N3 (NHSB 3e klasse D)
- De Uil V1 (NHSB viertallen A)
- De Uil V2 (NHSB viertallen F)
Uil 1 weet niet te verrassen.
Op 17 maart jongstleden kwam het eerste team van Bloemendaal op bezoek. Zoals al het gehele seizoen, geen makkelijke wedstrijd voor de Uil 1. Met goed spel en wat geluk is er altijd een kans op een goed resultaat. Maar helaas, deze avond zat een matchpunt er op geen enkel ogenblik echt in.
Aan Rik (bord 1) lag het niet. Hij mocht het opnemen tegen een teamgenoot van hem bij HWP. Langzamerhand nam hij halverwege de wedstrijd het initiatief over en kwam beter te staan. Het leverde eerst een pionwinst op en kort daarna zelfs een kwaliteitswinst. Dat was meer dan genoeg voor het volle punt; 1 – 0.
Bij Peter (bord 2) en Stefan (bord 3) gebeurde er iets grappigs aan het begin. Op beide borden ontstond dezelfde opening, maar beide Uilen hadden - verdiept in hun eigen stelling - dit niet door. Toen Stefan op zet 3 afweek van de andere partij, konden de spelers van Bloemendaal eindelijk hun onderdrukte lach de ruimte geven.
Peter stuurde zijn dame vroeg in de partij het centrum in. Echter werd deze gelijk door de zwarte stukken onder vuur genomen. Dit leverde een ontwikkelingsachterstand op, die Peter niet meer te boven kwam. Uiteindelijk kostte het een pion en de torens van de tegenstander stonden in het eindspel actiever; 0 – 1.
Stefan accepteerde de aangeboden pion, maar moest zich de gehele wedstrijd verdedigen. Dat lukte, de aanval van de tegenstander leek niet door te slaan. Zwart stond met alle stukken passief, maar wist alles te verdedigen en stond nog steeds een pion voor. Op de handen zitten en niks doen, was waarschijnlijk genoeg geweest voor remise aangezien wit zijn stelling niet meer kon verbeteren. Maar ik wilde meer en speelde g6-g5. Dat zorgde niet voor het gewenste tegenspel, maar had juist meer velden verzwakt. Tien zetten later stond ik mat; 0 – 1.
Rudolf (bord 4) kwam in een middenspel met dame, beide torens en nog een licht stuk terecht, waarin de tegenstander druk op c3 uitoefende. Uiteindelijk besloot Rudolf om c3-c4 te spelen. Maar de pion werd gepend en ging uiteindelijk verloren. Niet veel later ging ook de a-pion verloren en het zag er hopeloos uit. Maar Rudolf geeft niet gauw op en speelde op activiteit en aanvalskansjes op de koningsvleugel. Helaas trapte de tegenstander nergens in en moest Rudolf zich toch gewonnen geven; 0 – 1.
Op het 5e bord bezorgde Guus ons het 2e bordpunt van de avond. Lange tijd zag de partij er gelijk opgaand uit. Guus vond het betere plan en kon afwikkelen naar een gewonnen eindspel; 1 – 0.
Ik vond Jan H. (bord 6) steeds een beetje beter staan. Beide spelers kozen voor de lange rokade aangezien er op de koningsvleugel een chaos was ontstaan. Maar het leek mij dat Jan met de loper op g2 het beste stuk had. Zeker toen het centrum werd geopend. Maar schijn bedroog, want juist de opening van het centrum zorgde ervoor dat de zwarte torens actief konden worden. Dit werd Jan fataal; 0 – 1.
Dick (bord 7) leek even in de opening / vroege middenspel zijn h7 te verliezen. Tenminste dat dacht ik, maar blijkbaar kon het niet of wilde zijn tegenstander het niet. De tegenstander rokeerde lang en ook Dick bracht zijn koning langzaam (en zonder rokade) naar de damevleugel. Soms leek het alsof Dick eindelijk onder de druk uit kwam en het initiatief over kon nemen, maar uiteindelijk wist wit het heft altijd in handen te houden. Het einde van de partij was – op het resultaat na – wel heel mooi. In onderstaande stelling heeft wit net Kc1-d2 gespeeld en daarmee Dick in Zugzwang gebracht. De koning kan geen zet doen. Als de loper een zet doet, gaat zwart mat op b7. De enige torenzet verliest een stuk: Ta7, Txa7 Kxa7, Pxc8. Aangezien Dick al de gehele partij nog geen zet met de toren op a8 had gedaan, liet zich mat zetten; 0 – 1.
Ko (bord 8) kwam in een voor hem bekende stelling terecht. Even leek het alsof de tegenstander op de koningsvleugel wilde aanvallen (na Kh8 leek f7-f5 mij gevaarlijk), maar daar zag hij uiteindelijk van af. Daardoor kon Ko zijn eigen aanval opzetten. Ko kreeg een sterke pion op d5, maar des te langer de wedstrijd duurde des te meer werd juist deze pion tot een zwakte die verdedigd moest worden. Toen er een 2e zwakte bij kwam, was het pleit beslecht; 0 – 1.
De einduitslag werd uiteindelijk 2 – 6 in het voordeel van Bloemendaal. Daarmee blijft het eerste team op 2 matchpunten op plek 9 in de tabel steken. Er zijn nog 2 wedstrijden te gaan dit seizoen. De achterstand op de veilige plek 8 is op dit moment 2 matchpunten. Handhaving zal weliswaar moeilijk worden, maar is zeker nog mogelijk.
De Uil 1 (gem. 2022) | Bloemendaal 1 (gem. 2088) | ||
Rik van Rootselaar (2299) | - | Richard Duijn (2181) | 1 - 0 |
Peter Pijpers (2066) | - | Laurens Schilstra (2185) | 0 - 1 |
Stefan Lehmann (2042) | - | Benjamin Go (2131) | 0 - 1 |
Rudolf Kat (1968) | - | Rob Duijn (2178) | 0 - 1 |
Guus van Dijk (1973) | Rene Bakker (1997) | 1 - 0 | |
Jan Havenaar (2006) | - | Dick de Graag (2096) | 0 - 1 |
Dick Roosa (1917) | - | Roy Schimmel (1904) | 0 - 1 |
Ko van Rootselaar | - | Jan Bakker (2031) | 0 - 1 |
Stefan Lehmann
De Uil houdt zicht op handhaving
De wedstrijd uit tegen Krommenie was een echte degradatiekraker. Beide teams stonden onderaan in de topklasse van de NHSB met 0 matchpunten uit 5 wedstrijden. Om überhaupt zicht te houden op handhaving moest er dus gewonnen worden.
En Theo (bord 7 en last-minute invaller voor Jan V.) startte voortvarend. De tegenstander speelde vooral met zijn paard, Theo zette een aanval via de f-lijn op de nog ongerokeerde koning op. Mat kon nog even uitgesteld worden, maar het kostte wel een vol stuk en na minder dan een uur was het eerste punt binnen.
Niet veel later speelde kregen Stefan (bord 2 + schrijver) en Dick (bord 5) een remiseaanbod. Dick mocht doorspelen en deed dat ook. Ikzelf wachtte ik nog even 20 minuten met het aannemen. De stelling was solide, maar zeker niet beter voor mezelf. Uiteindelijk maakte ik de inschatting dat het team beter stond en nam het remiseaanbod dus uiteindelijk maar aan.
Tussenstand: Krommenie - De Uil: ½ – 1½
In het daaropvolgende uur kantelde de wedstrijd ten ongunste van ons:
Jan H. (bord 6) verloor onnodig zijn f-pion en mocht vechten voor remise ipv voor de winst. Rudolf (bord 4) verloor een pion op de damesvleugel, maar kon met actief spel druk op de stelling houden. Maar ook hij stond nu zeker niet meer beter. Peter (bord 3) stond een kwaliteit en 1 a 2 pionnen achter en moest het van semi-aanvalskansen hebben. Ook geen prettige stelling meer, terwijl het eerder op de avond nog kansrijk leek.
Ko (bord 8), Dick en Rik (bord 1) wisten wel mijn inschatting vast te houden. Rik zou wel winnen, de kleine voordeeltjes werden talrijker. Dick had een licht voordeel, risicoloos spel en wellicht uit te bouwen tot meer. Ko stond al gedrukt en min of meer op verlies toen ik remise aannam en de stelling werd (helaas) niet beter des te later het op de avond werd.
Had ik dus toch te snel remise aangenomen? Gelukkig kwam er toen snel goed nieuws binnen. Rudolf kreeg remise aangeboden en ook Jan wist naar een eindspel met paard en ongelijke lopers af te wikkelen. Weliswaar nog met een pion minder, maar genoeg om de tegenstander tot een remiseaanbod te verleiden. Twee meevallers en dus een tussenstand van 1½ – 2½ in ons voordeel.
Rik won een goed gespeelde partij. Goed positiespel en de eerste verzwakking (een geïsoleerde e-pion) zorgde voor passieve stukken bij de tegenstander. Daar wist Rik overtuigend van te profiteren. Eerst 1 pion en toen nog 2e en even later maakte hij het met het schijnoffer Txe5 vakkundig af.
Dick moest uiteindelijk berusten in remise, een eindspel met dame en 4 pionnen elk was niet te winnen. Daarmee was het eerste matchpunten binnen: 2 – 4.
Heel even had ik hoop bij Ko: toen de tegenstander zijn f6 pion op gaf, voor druk op de h- en g-lijn. Zo “goed” zag het er al een tijdje niet meer uit. Maar helaas had de tegenstander het winnende plan gezien en Pg6 kostte een kwaliteit met aanhoudende aanval. En 2 zetten later was de nul een feit.
Alleen Peter speelde nog. Een remise zou genoeg zijn voor de 2 matchpunten, maar het zag er niet goed uit. De tegenstander speelde met dame en 2 torens tegen D + T + L van Peter en de koning van Peter stond op de tocht.
De hoop kwam terug met de counter Lg4 (fragment links, aanval op de schaak gevende dame en tegelijkertijd stond een zwarte toren aangevallen). In tijdnood zag ik kansen voor Peter, maar na Lg4 volgde Tf3, Kh4 De7, Tg5. Deze stelling (fragment rechts) is verloren voor wit als zwart Tf5 vindt. Dan rest er een verloren eindspel na Dxg7 of een zeer moeilijke stelling na Dxg1 Dxg5, Kg3 Df4, Kh3 Th6. Maar Peter had het geluk aan zijn zijde, want de tegenstander blunderde met Th3 (??). Na Kxh3 Dxg5 en Dxg1 stond Peter plots een stuk voor en maakte het koelbloedig af.
Daarmee werd de eindstand Krommenie 1 – De Uil 1: 3 – 5
Met de winst houdt het eerste team zicht op handhaving in de topklasse. Concurrent ’t Saense Paard heeft op dit moment 4 matchpunten (eveneens uit 6 wedstrijden) en met de onderlinge wedstrijd nog voor de boeg is alles nog mogelijk. Ook Purmerend heeft pas 4 matchpunten, maar heeft op dit moment pas 5 wedstrijden gespeeld.
Alles – op de titel na dan - is dus nog mogelijk dit seizoen.
Stefan Lehmann
Bijna ging het goed
Afgelopen maandag speelde ons vlaggenschip thuis tegen het eerste team van Purmerend. Vooraf hadden we ons redelijke kansen toegedicht, aangezien er op de staartborden wellicht iets te halen viel. Echter bleek achteraf dat Purmerend met een versterkt team kwam opdagen, zelfs uit “mein Heimat” werden 2 spelers met de auto “ingevlogen”.
Het resultaat: 4 spelers van boven de 2200 en een gemiddeld teamrating van 2124. Dus uiteindelijk waren we de underdog, maar het werd alsnog een spannende teamwedstrijd.
Rik speelde op bord 1 met zwart tegen Katharina Ricken - uit Duitsland overgekomen voor deze wedstrijd – een solide korte partij. Na rond 1,5 uur werd er in een gelijke stelling remise overeengekomen.
Guus (bord 8) had een klein voordeeltje opgebouwd maar het midden-/eindspel leek mij remise-achtig. Maar plots blunderde de tegenstander en won Guus. Een meevaller en we stonden voor: 1½ – ½.
Peter (bord 5) offerde met zwart vrij vroeg zijn d-pion voor het loperpaar en activiteit.
Hij kon druk opbouwen, had een mooie stelling. Ik dacht: perfecte stelling voor Peter, tegen een even sterke tegenstander gaat hij dit winnen. Niet wetende dat Michiel Coenen – ook ingevlogen - een rating van 2300 heeft. Soms is onwetendheid een zegen….
Een paar kleinere onnauwkeurigheden (en het niet terugwinnen van de pion) en tijdnood zorgden er uiteindelijk voor dat de tegenstander meer en meer stukken kon ruilen, de aanval ophield en de witte d-pion besliste de partij. Daarmee stond het weer gelijk.
Jan H. (bord 6) speelde een hele goede partij met de witte stukken. Hij had een - in mijn ogen - groot voordeel opgebouwd, zie stelling. Stiekem telde ik het punt al, dit was aan Jan besteed. Zwakke pion op d6, zwarte koning kan in de problemen komen, zwakke zwarte zwartveldige loper. Maar helaas, uiteindelijk wist Jan niet door te drukken en uiteindelijk werden de zetten herhaald. Stand: 2 – 2.
Jan V. speelde met zwart op bord het derde bord. Eigenlijk werd hij weggespeeld. Het gepende paard op f6 en de koningsvleugel in het algemeen werd vakkundige door de tegenstander belaagd. Dit kostte Jan uiteindelijk een kwaliteit. Toen de tegenstander met de toren en dame op de b-lijn dreigde binnen te komen, gaf ik geen stuiver meer voor de stelling. Maar plots, bijna uit het niets, werd het toch remise. Jan wist de witte toren van de b-lijn naar d3 te lokken (hoe?), en kon met zijn dame via de e-lijn binnendringen. Om dat te voorkomen speelde de tegenstander de koning naar de f-lijn, waarop Jan met Dh3 via de koningsvleugel probeerde binnen te komen. Via Kg1 en De6 werden de zetten herhaald en was een onverwacht maar zeer welkom halfje binnen. Knap gevochten en nooit opgegeven.
Rudolf moest het op het 4e bord opnemen tegen Pieter Hopman, een andere 2300 speler. Mijn notities in chronologische volgorde. (21:00): Ongeveer gelijk: ieder 2 toren, 1 paard, ongelijke lopers en 5 pionnen. (22:00): 4 pionnen elk, 1 toren en ongelijke lopers. Ongeveer gelijk al komt de tegenstander helaas iets actiever te staan. (22:30): oei, dat kost een pionnetje. Of dat te houden is? Zal moeilijk worden.
En dat bleek. De tegenstander speelde het gedecideerd uit: de verbonden centrumpionnen rukten op en het was niet meer tegen te houden. Dus helaas een 0. En daarmee kwamen we voor het eerst op achterstand: 2½ – 3½.
Dick (bord 7) speelde actief en koos voor tegenovergestelde rokades. Dick gooide zijn pionnen op de koningsvleugel naar voren en offerde een stuk voor 2 pionnen. De aanval zag er gevaarlijk uit, maar viel uiteindelijk stil. Toen nam de tegenstander het heft in handen en kwam Dick moeilijk tot verloren te staan. Blijkbaar overzagen beide spelers een mat-in-1: Dick vergat het te verdedigen, maar gelukkig wist de tegenstander niet dat hij mat-in-1 dreigde. De partij ging door. In het eindspel had Dick een mooie tussenzet, die zijn tegenstander materiaal kostte. Niet genoeg om plots te winnen, maar dat was ook te veel van het goede geweest. Een mooie remise, dat hardnekkig werd binnengehaald door de wil te hebben om maar niet te willen opgeven.
Zelf speelde ik op bord 2 tegen Barry Brink. De opening, normaal niet mijn sterkste punt, ging eens goed. Mijn tegenstander speelde een vroeg g5, dat ik goed counterde. Uiteindelijk stond de zwarte koning lange tijd in het midden en had ik druk op de stelling. Dit leverde een mooi tijdvoordeel op. In het middenspel offerde ik een pion (niet goed en niet nodig) en kwam ik moeilijker te staan (-3). Actief spel van mijn kant en tijdnood bij mijn tegenstander zorgden ervoor dat er een gelijkwaardig dame-eindspel kwam, zie stelling. Tenminste, gelijk voor 1 zet. Na Kd7 houdt Db8 remise, al is het moeilijk. Ik speelde Dg7 om hxg5 te spelen en dat is gelijk weer -4. Een paar zetten later speelde ik a4-a5 (fragment 2) en kon zwart met Dxe5 de dames ruilen. Dan haal ik weliswaar eerder een dame, maar de 2 centrumpionnen winnen de partij.
Mijn tegenstander speelde echter De1 (een blunder, hij dacht schaak te geven en tijd te winnen door de zetten even te herhalen alvorens op e5 te slaan), waarna er na a5-a6 niks anders op zat dan met Dh4-De1 eeuwigschaak te forceren. Ook aan dit bord dus een (in de eindstelling onverdiende) remise na hard knokken.
Maar helaas net niet genoeg voor een matchpunt. De einduitslag: 3½ – 4½.
Maar gezien het ratingverschil gemiddeld 125 punten per bord bedroeg, hebben we een knap resultaat neergezet. Harde realiteit is echter dat we steeds met lege handen staan.
Het wedstrijdverslag uit zicht van Purmerend is hier te lezen: https://www.schaakclubpurmerend.nl/bijna-ging-het-mis/
Stefan Lehmann
De Uil 1 ‘ontsnapt’ aan eerste punten
Het vlaggenschip mocht na de promotie vorig seizoen, dit seizoen aan de topklasse van de NHSB meedoen. De eerste drie wedstrijden van het seizoen gingen met grote cijfers verloren: 2 – 6, 2½ – 5½, 2 – 6. In de 4e wedstrijd mocht de Uil 1 het in Haarlem opnemen tegen HWP 1. Op papier een nipt sterkere tegenstander, maar een wedstrijd waarin we zeker kansen zouden kunnen hebben. En dat bleek.
Ko won na een mooie aanval. Op de koningsvleugel zorgden paard, loper en de dame voor druk en uiteindelijk voor genoeg verzwakkingen. Ko maakte het met een kleine combinatie af.
Zelf won ik, Stefan, na eveneens een leuke aanvalspartij, zie fragment links. Ik heb net Pf5 gespeeld (1 zet eerder was het nog sterker geweest, zonder d3-d4 en Te8-h8). In de partij volgde gxf5, exf5 Txh1 (blunder, Tag8 of Pxg5 zijn beter), f6+ Kf8, Txh1 Ke8, Th8+ (fragment recht) Pf8, Dh7 gaf mijn tegenstander op. De dreiging is Txf8 gevolgd door Dh8#. Rik gaf terecht aan dat Txf8 ipv Dh7 nog beter was geweest. Gelukkig was dit ook meer dan goed genoeg.
Rik won op bord 1. Relatief snel werd een stelling zonder dames bereikt, waarin Rik druk kon opbouwen met de actievere lichte stukken. Dit voordeeltje werd omgezet in een beter dubbel toreneindspel. Hoe dat precies gewonnen werd heb ik helaas gemist. Maar desalniettemin:3x wit en 3x winst. De wedstrijd leek de goede kant op te vallen.
Peter stond redelijk, Guus stond beter. Rudolf had een actieve stelling, Jan H. stond mijns inziens verloren of in elk geval onder druk. Dick speelde in teambelang met zwart op bord 2, stond onder druk. De wedstrijd zou zomaar 4½ – 3½ of 5 – 3 voor ons kunnen eindigen. Maar helaas, we wisten – bijna vakkundig – aan de eerste puntenwinst te ‘ontsnappen’.
Jan verloor uiteindelijk. Zijn koning stond op de tocht en de aanval op de blootstaande koning was niet te verdedigen. Hoewel Jan na afloop zei zelfs beter te hebben gestaan. Helaas, de eerste 0 was binnen.
Peter blunderde ergens in het middenspel, heb ik helaas/gelukkig gemist. Daarmee kwam de tussenstand op 3 – 2, nog steeds in ons voordeel.
Guus had een machtig mooie stelling opgebouwd met meer ruimte en de actievere stukken. Maar hij wist zich niet te belonen en moest uiteindelijk in remise berusten. De 2e tegenvaller, maar het zou nog erger komen.
Rudolf offerde onnodig of tenminste te vroeg een kwaliteit. De aanval sloeg ondanks verwoede pogingen niet door. Uiteindelijk moest Rudolf zijn meerdere erkennen toen zijn tegenstander al zijn stukken had ontwikkeld en zelf de aanval kon inzetten.
Als laatste was Dick bezig. In het teambelang speelde hij met zwart op bord 2. Lange tijd stond hij onder druk, maar hield stand. In beiderzijdse tijdnood werd de stelling steeds iets slechter en uiteindelijk verloor Dick helaas een toren door een gemiste vork.
Hierdoor werd de einduitslag 4½ – 3½ voor HWP en blijven we op 0 nul steken.
Maar we hebben nu 4 teams uit de top 5 gehad. De eerste matchpunten zullen hopelijk gauw volgen. Volgende kans: 6 jan 2025, thuis tegen Purmerend.
Stefan Lehmann